Wat?

Branchebreed delen van kennis, gezamenlijk leren en reflecteren en doorontwikkelen op het gebied van suïcidepreventie binnen JeugdzorgPlus.


Hoe?

Door het ontwikkelen van een organisatie-brede werkwijze suïcidepreventie JeugdzorgPlus, het ontwikkelen en geven van trainingen, registratie en monitoring van suïcidale ideatie, suïcidepogingen en suïcides in de Jeugdzorg(Plus) en via een duurzaam lerend netwerk streven naar een veilig en prettiger leefklimaat waarbinnen suïcidaliteit van jongeren wordt voorkomen en afneemt.


Waarom?

Instellingen in de JeugdzorgPlus hebben regelmatig te maken met suïcidaal gedrag. Uit onderzoek naar suïcides onder jongeren is gebleken dat suïcide vaak voorafgegaan wordt door een breuk in contact, ook in de hulpverlening. Suïcidepreventiebeleid binnen JeugdzorgPlus, inclusief het trainen van medewerkers, werd op individueel organisatieniveau vorm gegeven, vaak afhankelijk van de prevalentie van incidenten en fatale suïcides. Er waren grote verschillen in suïcidepreventiebeleid tussen instellingen, professionals ervaarden handelingsverlegenheid en zware mentale druk en er was geen centrale registratie rondom suïcidaal gedrag van jongeren in de Jeugdzorg.


Resultaten

  1. Het onderwerp suïcidepreventie en de bijbehorende dilemma’s worden nu openlijker door JeugdzorgPlus organisaties met elkaar besproken. Het taboe wordt doorbroken!
  2. Ervaringsdeskundigen worden betrokken bij besprekingen van suïcidepreventie en informatie wordt uitgewisseld met J-GGZ.
  3. Kwaliteitsstandaard organisatie-brede werkwijze suïcidepreventie JeugdzorgPlus is opgeleverd.
  4. Basistrainingen suïcide preventie JeugdzorgPlus zijn ontwikkeld en trainers van elke JeugdzorgPlus organisatie zijn getraind. Hierdoor zijn hun vaardigheden en kennis toegenomen. Ook een grote jeugdzorgorganisatie (niet JeugdzorgPlus) heeft de train-de-trainer suïcidepreventie gevolgd en is nu zelf trainingen aan het inplannen. Vervolg van de training is het ontwikkelen van verdiepingsmodules en trainen van eigen medewerkers door JeugdzorgPlus zelf.
  5. Een eerste basisset van 10 indicatoren is opgesteld. Voor de monitoring hiervan zal de StroomOP Monitor worden gebruikt.
  6. Het lerend netwerk komt elke 2 maanden bij elkaar en is verbreed naar deelnemers uit J-GGZ, J&O en LVB. Zal uiteindelijk jeugdzorgbreed worden. Hiervoor wordt een plan opgesteld (valt onder de Landelijke Agenda Suïcidepreventie 2021-2025, pijler 5C).

Lessen geleerd uit de StroomOP beweging

De werkwijze van het project ‘ik laat je niet alleen’ diende als inspiratie voor dit project. Kracht van StroomOP zit in het verenigen/vrij denken omtrent een thema zonder organisatiegrenzen.